Stel, je staat samen met een baasje in een lift. Het baasje vraagt wat voor bedrijf je hebt. Je hebt 30 seconden voor je bij jouw etage eruit moet. Wat vertel je? Schrijf dat hier op in +/- 3 zinnen. Bijvoorbeeld: “Ik wat je doet, omdat [waarom doe je dat]. Zo wil ik [jouw missie]. Ik werk met [jouw methode, zoals beloningsgericht].
Dienst #1
Vertel hier in twee of drie zinnen iets over deze dienst. Houd het kort en maak ze nieuwsgierig, waardoor ze doorklikken voor meer info.
Vertel hier in twee of drie zinnen iets over deze dienst. Houd het kort en maak ze nieuwsgierig, waardoor ze doorklikken voor meer info. Deze is als enige wat langer, maar je ziet dat de andere kolommnen even lang blijven
Vertel hier in twee of drie zinnen iets over deze dienst. Houd het kort en maak ze nieuwsgierig, waardoor ze doorklikken voor meer info. Deze is als enige wat langer, maar je ziet dat de andere kolommnen even lang blijven.